Gezonde kloon uit stokoude bevroren muis

Met cellen van twee muizen die al zestien jaar lang in de vriezer lagen, hebben Japanse wetenschappers nieuwe jonge muisjes weten te klonen. Het genetisch materiaal van dieren die zonder anti-vriesmiddelen zijn ingevroren, is meestal zwaar beschadigd.

Via een omweg kregen de Japanners het in een gasteicel toch weer aan de praat. Het tot leven wekken van bevroren uitgestorven diersoorten, zoals de wolharige mammoet, is dus misschien toch niet onmogelijk, schrijven de onderzoekers in de early edition van deze week van the Proceedings of the National Academy of Sciences.

Om een kloon te maken, injecteren onderzoekers de kern van een levende cel in het leeggehaalde omhulsel van een eicel. De kern bevat het genetische materiaal, het DNA, van het dier dat gekloond moet worden.

Als die eicel zich bij een draagmoeder ontwikkelt tot een embryo en gezond ter wereld komt, is er een kloon. Een kloon maken van zonder beschermend anti-vriesmiddel ingevroren weefsel is tot nu toe niet gelukt. IJskristallen maken de cellen en het DNA stuk.

De Japanners haalden de kale celkern uit een ontdooide lichaamscel en injecteerden die in een lege eicel. Van elf verschillende weefselsoorten – zoals de lever, de milt en het bloed – gaf het DNA uit hersencellen het beste resultaat. Eicellen die DNA hadden gekregen van muizen die een of twee weken in de vriezer hadden geleden, groeiden in de baarmoeder van een draagmoedermuis uit tot gezonde muizen.

Kloon-embryo’s met het DNA van muizen die zestien jaar bij -20 graden Celsius waren bewaard, groeiden niet uit tot een muis. Maar met een omweg lukte dat wel. De onderzoekers lieten de losse embryocellen in een kweekbakje groeien. Vervolgens kloonden ze het DNA daaruit in een lege eicel. Zo konden ze vier gekloonde muizen maken, die hetzelfde genetische materiaal hadden als hun soortgenoten die jarenlang ingevroren waren geweest.

Of via deze omweg bijvoorbeeld een eeuwenlang bevroren wolharige mammoet ooit nieuw leven valt in te blazen? De Japanners hopen van wel. Maar zover is het nog lang niet. De vraag is of het DNA na 10.000 jaar schommelende vrieskoude nog intact is. En de eicel van de ene diersoort ontwikkelt zich meestal niet met het DNA van een andere soort er in. En welk moederdier zou zo’n prehistorische kolos in haar buik kunnen dragen?

Bron: nrc.nl

Geef een reactie