Terwijl ik het verslag van deze bijeenkomst wil uitwerken, zoek ik nog even terug naar de voorgaande verslagen en bijeenkomsten, maar wat blijkt? Van de laatste 2 bijeenkomsten zijn helemaal geen verslagen verschenen. Mijn excuses daarvoor namens de organisatie. De opkomst van deze bijeenkomst was er in elk geval niet minder om en ik hoop uw leesplezier ook niet.
In april waren we in Utrecht, alwaar we de jaarlijkse Algemene Ledenvergadering hadden voorafgaand aan lezingen over de collectie Brewer en archeozoologie. In juni waren we in Merksem, waar het vooral leuk was veel van onze Vlaamse vrinden te zien en nog even na te genieten van een geslaagde excursie, middels het verhaal over de hond van Goyet. En nu was het weer de beurt aan Naturalis om onze bijeenkomst te huisvesten.
Heel 2010 lijkt al in het teken te staan van de Noordzee en afgelopen bijeenkomst bevestigde weer eens hoe zeer dit thema leeft in de Nederlandse paleontologie en geologie. Tijdens de ontvangst stroomde het mooie Auditorium vol met, wat na afloop bleek, bijna 100 bezoekers! Het was dus maar goed dat wij uiteindelijk in het Auditorium moesten plaatsnemen, want dit had nooit gepast in het kleinere Atelier.
Kenneth Rijsdijk begon de dag met een overzicht van het Kwartair van de zuidelijke Noordzee. Hij vertelde ons over de oude afzettingen van de Noordzee tussen Groot-Brittanië en Nederland, over hoe het kanaal zich vulde met sediment in een relatief warme periode en met ijs in een ijstijd en welke sporen dat heeft nagelaten. En over de verschillende disciplines die, n.a.v. boringen, samen gedetailleerde klimaatreconstructies geven voor dit gebied. We werden meegevoerd langs oude zeebekkens met hun oude waterstromen, oude rivierlopen met afzettingen en zagen de Bruine Bank onder water. Verklaarbaar is nog niet via welke route en wanneer precies (met welke zeespeigelstand) de Pleistocene fauna (inclusief de mensen) van Nederland, België en Frankrijk naar Groot-Brittanië trok. Nader onderzoek naar de mogelijke rivier- en landbrugsystemen zou hier licht op kunnen schijnen.
Voortbordurend op dit verhaal ging Freek Busschers dieper in op de problematiek van 14C dateringen in de Noordzee. Hij vergeleek de uitkomsten van 14C dateringen van Laat Pleistocene schelpen met bekende zeespiegelstanden van het gebied, om de betrouwbaarheid van deze 14C dateringen te testen. Ook vergeleek hij de uitkomsten met OSL dateringen. Wat bleek is dat de gedateerde schelpen na afzetting verontreinigd zijn met een secundaire neerslag. Permafrost zorgt voor een hoge grondwaterdruk die op zijn beurt zorgt voor een verhoogde kalkafzetting en deze heeft zijn neerslag gevonden in de schelpen. Freek is nog bezig met de laatste metingen om te kijken of het secundaire kalk een Holocene of Weichselien ouderdom heeft.
Tijdens de lunchpauze kon iedereen weer verlekkerd van elkanders meegebrachte fossielen genieten. Zo heb ik bijvoorbeeld roofdieren, wolharige neushoorns, mammoeten, menselijke schedelfragmenten en ammonieten langs zien komen. WTKG-ers konden een kijkje nemen bij wat de WPZ zoal te bieden heeft en de doorgewinterde WPZ-er kon zijn Cranium-verzameling completeren en in een waterdicht tasje mee naar huis nemen. Wil Borst had voor de gelegenheid zijn film van de tweede Maasvlakte aan gezet, waarin zowel beelden van de aanleg van het terrein te zien waren, als het verzamelen van het sediment met Pleistoceen material, als de vondstverwerking ervan twee weken terug. De hoogtepunten uit dit sorteerweekend lagen (en liggen) in een vitrine in het museum.
Na de pauze zetten we onze bijeenkomst voort met een rijk geïllustreerd verhaal van Natasja den Ouden over haar onderzoek naar de mammoeten van de Noordzee. Aansluitend op de film van Wil Borst, nam Natasja ons mee langs het gehele traject van verzamelen en korren op de tweede Maasvlakte tot het onderzoek en de resultaten. De beelden en verhalen (zware veiligheidskleding die ook bij 35 graden celcius gedragen moet worden) van het onveilige tweede Maasvlakte-terrein (drijfzand en rondrijdende grote gevaarlijke machines) gaven de toeschouwer een mooi en helder inzicht in waar wij nog niet mogen komen. Help de Onderzoeker was een succesvolle manier om ons (de verzamelaar, de geïnteresseerde, de toeschouwer) verlangen naar inzicht in het Maasvlakte materiaal te bevredigen, al is het tijdelijk. Natasja heeft al veel opmerkelijke resultaten behaald met haar onderzoek naar de mammoeten van dit gebied en zal ons hopelijk bij een toekomstige bijeenkomst meer kunnen vertellen over hoe en wanneer de mammoeten hier leefden en hoe groot zij waren in relatie tot andere populaties.
Mede namens Anton Janse, haalde Frank Wesselingh de onderste schelp boven in zijn verhaal over de fossiele schelpen van het Noordzeegebied. Een mammoettibia, gevonden door Klaas Post, was de aanleiding voor onderzoek naar de herkomst van het bot en het sediment erop. Op de tibia bevonden zich namelijk schelpen, takjes en andere indicatoren van het Eemien in een cementachtige laag. Nader onderzoek bepaalde dat het bot zou zijn afgezet in een geulsysteem met brak water in het Eemien (Laat Pleistoceen). De Maasvlakte bevat ook schelpen uit dergelijke geulsystemen die hun oorsprong vinden in België en Limburg.
Het is Klaas Post overkomen dat hij deze dag mocht afsluiten met een leuk verhaal over een bijzondere Pliocene griend van de Noordzeebodem, ofwel hoe een onooglijk stukje kaak een fraaie nieuwe soort werd. Tijdens een strandwandeling beschouwde hij de vondst van het onooglijke schedelfragment niet als iets speciaals, maar door er onder het terug wandelen nog eens naar te kijken vielen hem de 6 tandkassen op. Klaas hield hier een stuk van een linker bovenkaak van een snuitdolfijn in zijn handen, maar kon de vreemde vorm van de snuit niet plaatsen. En dat terwijl hij al zoveel soorten dolfijnen- en walvissnuitjes gezien heeft. Het bleek hier te gaan om een nieuw soort griend, zo’n dolfijn met een bolle kop, en een reconstructie van Remie Bakker leert ons hoe mooi en klein het dier geweest moet zijn. Met een maximale lengte van 1,5 meter zou je hem zo in je vijver willen hebben.
De interessante, eigentijdse lezingen en de discussies die eruit volgden maakten deze bijeenkomst tot een zeer geslaagde. We mochten weer vijf nieuwe leden verwelkomen en hebben onze vereniging nog meer bekendheid kunnen geven. Nu kunnen we uitkijken naar de volgende Cranium, die dit najaar zal verschijnen; de Noordzee-special!